DE STANDAARDMOLEN VAN EEXT
Een koperen ets uit 1759 laat zien dat in Eext een grafkelder is geopend. De grafkelder is op de ets op de voorgrond geplaatst. Op de achtergrond is de Standaardmolen met het molenhuis van Eext te zien. Rond 1750 waren de molens in Nederland nog bijna allemaal van dit type. In 1610 staat in Eext al een molen. Roelof Mulder is de molenaar . Uit het Lottingboek (gerechtsboek) van 1608-1610 het volgende: 19-02-1610 blz. 69 Eext 1 buijrtuijch ; Jacob Freriks een duimbeet aan Roelof Mulder dat het bloedde. Roelof Mulder een bloedreis an Jacob Freriks. Deze wandaad moesten ze samen oplossen door verzoening door het betalen van geld. De helft van dit bedrag kwam ten goede van het gerecht. En in het Lottingboek van 1610 1612 Verklaren insgelijks. Verklaren meulen en de Staten mede der sijn dat Roelof Mulder ende Jan Stavast malkander geslagen te hebben. Vastgesteld kan worden stellen dat als er vroeger geen belasting was betaald, er nu geen geschiedenis of dorpshistorie geschreven kon worden. De belastingen werden op lijsten geschreven (op naam van de bewoners van Eext). Deze lijsten zijn gelukkig bewaard gebleven. In 1420 worden de eiegenaren van de boerderijen vermeld m.b.t. het aantal Rijnlandse guldens die ze moesten betalen. Eext stond onder het gezag van de hertogen van Gelre, daarom moest waarschijnlijk ook de belasting in Rijnlandse guldens betaald worden. In 1630 wordt belasting geheven op het gemaal. Naar het aantal mensen per woning werd de belasting geheven. Kinderen jonger dan 1 jaar telden niet mee, want die werden nog door de moeder gezoogd. Albert Muller uit Eext kreeg in dat jaar een aanslag over 4 personen. Maar Jan Jobing kreeg een aanslag over 12 personen. Vroeger was er geen of bijna geen geld. De molenaar had het recht om te hochten. Dat is recht hebben om uit een mud meel, dat in zijn molen gemalen was een 16de deel uit te mogen halen. 1 Mud is 100 liter, een 16de deel is 6 liter, de inhoud van een spintvat. Het gebeurde dat onder het gezag van Napoleon een schep meel uit de zak meel geschept werd en weer een spint zand door het meel gemengd werd, zodat het ongeschikt was voor menselijke consumptie. Dat deden de molenaars natuurlijk met de grootst mogelijke tegenzin. Maar in de tijd dat de Fransen hier de baas speelden, is in 1807 het volgende vermeld:
Oud Staten Archief (O.S.A. ) 1723 Harm Harmannus Klooster oud 23 jaar. Molenaarsknecht te Eext, 4 zakken koren zonder biljetten aanwezig. 4 x f 100,- boete. Hij wil wel maar kan niet betalen, nu 4 etmaal water en brood en voor 1 jaar buiten dit Departement van Drenthe, mocht hij zich hier weer vertonen , dan wordt hij zwaarder gestraft.
De wetten vanwege de Franse overheersing werden in ons land ten uitvoer gebracht. Harm Klooster woonde nog bij een familielid. Het was altijd al moeilijk een goede molenaarsknecht te vinden. Mans Klooster kwam uit Ruinen (geboren in 1785). Ver van huis en haard en dan ook nog verbannen worden! De molenaars die als knechten in Eext hebben gediend, kwamen uit de verre omtrek: o.a. uit Beilen,Nieuwe Pekela , Beilen, Emmen, Dwingeloo, Zweeloo, Anloo, Anloo en Dalen. De laatste molenaar van Eext was Frederik Joh. Berends die in 1918 stierf aan de Spaanse griep.