EEN VOLKSGERICHT

Nadat de familie Meursing uitgestorven was, wilden de erfgenamen van de boerderij (gebouwd voor 1600) verkopen, maar er waren geen kopers. Ook verhuren lukte niet, omdat er te weinig grond bij was. Een boerderij had een dak van stro, dat ongeveer 6 jaar mee ging. Een zesde deel van het dak moest dan ieder jaar ververst worden met goed roggestro. En dat stro moest je dan wel hebben! Als een boer niet genoeg land had, had hij ook niet genoeg stro en lag dan niet droog op zijn bed. Daar kwam het op neer!
Maar toen kwam Salomon Cohen, die de boerderij wel wilde huren. De bevolking wilde dat niet. Een Jood in de gemeenschap was niet gewenst. Joden kenden andere gebruiken en deden bijvoorbeeld op zaterdag niet mee, als er zogenaamde boerwerken moesten worden uitgevoerd. Boerwerken is het gezamenlijk onderhouden van gezamenlijke wegen en sloten, e.d. Ook deze boerderij had volle boerplichten. Iedere zaterdag moest iemand vanuit deze boerderij helpen bij de gezamenlijke werkzaamheden. Na het werk dronk men dan een borreltje in de herberg en was het vaak gezellig. Een Jood stond dus eigenlijk buiten de gemeenschap. Als de eigenaar van deze boerderij nu maar bereid geweest was om die boerplichten af te kopen, was er waarschijnlijk niets aan de hand geweest. Nu kwam een waar volksgericht op gang. s Nachts werden er meer dan honderd kleine ruitjes ingegooid. Dat is overigens weer hersteld en later kwam Salomon hier toch te wonen.
Jeuden Cohen zo hij in Eext genoemd werd, is een textielhandel begonnen . Om op het platteland zijn textielwaren te verkopen, zwierf hij met een mars op zijn rug door de wijde omgeving van Eext. Cohen trouwde in 1887 op 64-jarige leeftijd met de 39 jaar jongere Hendrikje Rosenbaum. Ze kregen twee kinderen: Mozes Machiel geboren in 1888 en Mietje geboren 1890. In 1892 verhuisde het gezin naar Zuidlaren. Daar is Zuidlaren is Jeuden Cohen een textielwinkel begonnen, waar nu de schoenwinkel van Ruchti gevestigd. Salomon Cohen kwam daarna nog geregeld in Eext met zijn textielwaren.